(© cartoon Frank Muntjewerf)
(© cartoon Frank Muntjewerf)

Soms is het slim om te zwijgen. Soms moet je ook even stevig uitpakken.
Zo’n moment ontstond plots nadat een brandweercommandant via twitter het volgende bericht had verspreid: “Waardering voor de grondige en zorgvuldige aanpak van het projectteam. Projectleider @HJongerden krijgt specifiek steun & waardering van RBC”. Het project wordt door de commandant eveneens ‘een mooi voorbeeld van Business Intelligence‘ genoemd.

Voor de goede orde; het gaat hier om het project “Gezamenlijke Gegevensverzameling Uitrukken op Maat”. Hoewel de naam anders doet vermoeden, doen 15 veiligheidsregio’s (waaronder bijvoorbeeld de veiligheidsregio’s Rotterdam-Rijnmond, Twente, Utrecht en Noord en Oost Gelderland) niet mee met dit project. Op onze vraag; waarom ze niet meedoen en wat er is gedaan met de aldaar verzamelde gegevens, data en ervaringen, hebben we tot op heden geen antwoord gekregen.

Bijzonder is ook dat er nu pas gegevens worden verzameld terwijl de Onderzoeksraad voor Veiligheid daar al in 2009 voor pleitte en de Inspectie OOV deze noodzaak in 2011 nog eens heel specifiek voor ‘Uitrukken op Maat’ bevestigde. Ons verzoek om objectieve, verifieerbare inzet-evaluaties of concrete gegevens om de succesverhalen te kunnen onderbouwen, bleven tot op heden vruchteloos. Zonder deze gegevens valt er immers niets te leren of te verbeteren, laat staan een antwoord te geven op de vraag of het verstandig is.

Innoveren?
Terwijl er in 2010 met alle partijen heel duidelijke afspraken waren gemaakt over de voorwaarden om af te mogen wijken van de basisbrandweereenheid, ‘experimenteerde’ brandwerend Nederland er ondertussen vrolijk op los. Niets was te dol; van voorstellen voor ‘blusscooters’ tot op afstand bedienbare tankautospuiten. Innoveren was het toverwoord. Zonder echt te weten wat de consequenties zijn wordt het brandweerpersoneel blootgesteld aan deze experimenten. Bedenkelijk is het dat er voor het systematisch verzamelen van relevante data geen interesse bleek te zijn. Wie niet beter wist zou haast denken dat hij/zij op de kermis was beland.

Gelukkig bracht de Raad Brandweer Commandanten (RBC) en het Veiligheidsberaad (VB) uitkomst in het bundelen van alle innovatieve ideeën: op 28 november 2014 werd het ‘Landelijk kader Uitruk op Maat’ vastgesteld. Ook hier doet de naam ‘kader’ geen recht aan de inhoud. Wij citeren: “Andere varianten zijn mogelijk maar worden niet landelijk ondersteund. Indien een regio kiest voor een afwijkende variant zal de regio zelf voor de eventueel vereiste aanvullende randvoorwaarden zorg dragen.” Aldus geschiedde: Bijvoorbeeld de regio Gooi en Vechtstreek stuurt een bestelbus met 2 manschappen (dus zonder bevelvoerder) naar uitslaande woningbranden of een TS4 naar een brand in een woon-zorgcomplex, in de hoop dat ontbrekende slagkracht snel arriveert. Deze discutabele uitgangspunten zijn nu opgenomen in het ‘onderzoekskader’.

Gelijkwaardig Niveau?
Wie roept dat met deze uitrukvarianten wordt voorzien in een gelijkwaardig niveau van brandweerzorg en geen afbreuk wordt gedaan aan de veiligheid en gezondheid van het brandweerpersoneel, mag dus wat ons betreft nog een verdiepingsslag maken in het bestuderen van relevante rapporten van de Inspectie en de Onderzoeksraad. Bovendien bieden de NFPA 1710 en de kwaliteitscriteria voor brandweerzorg bij onze oosterburen ook nog een aardig handvat. We hebben het dan niet eens over de constante lobby van het Veiligheidsberaad om de wettelijk vastgestelde opkomsttijden los te laten.

Zo, nu weer terug naar het project ‘Gezamenlijke Gegevensverzameling Uitrukken op Maat’.
De kritische vragen die de VBV eerder stelde zijn tot op heden helaas niet beantwoord. Ook wil de Inspectie geen rapport uitbrengen over de situatie in Gooi en Vechtstreek. Voorts werd op 1 november jl., vlak voor een Algemeen Overleg in de Tweede Kamer een ‘Technische Briefing’ over het controversiële onderwerp ‘Uitruk op Maat’ georganiseerd door de minister van VenJ. De ‘sociale partners en de VBV’ waren daarvoor helaas niet uitgenodigd. Een zeer onverstandige strategie om Kamerleden eenzijdig te informeren en ze daarbij ook nog eens op het verkeerde been te zetten. Het blijkt dat in de 6 jaren na het her-clausuleren van artikel 3.1.5. van het Besluit veiligheidsregio’s er nog helemaal niets veranderd: Geen enkel respect voor afspraken, voorschriften en wetten.

Framing
De projectleider van het project ‘Gezamenlijke Gegevensverzameling Uitrukken op Maat’ maakte vragenlijsten die aan amateurisme, suggestiviteit en subjectiviteit nauwelijks te overtreffen zijn; geeft in het onderzoekskader UoM een onjuiste beschrijving van de wettekst; beschikt ondanks een decennium met tientallen experimenten en pilots niet over valide en objectieve evaluaties; verwacht landelijke uniformiteit die er niet is; meent dat de veiligheid van het personeel is geborgd in het ‘landelijk kader UoM’ en vindt het uitrukken met 2 manschappen (zonder bevelvoerder) in een bestelbus naar (woning)branden passend. Het geheel wordt getoetst door de ‘onafhankelijke’ ‘Wetenschappelijke raad Brandweer’. Waarvan akte! Desondanks krijgt het project en de projectleider ‘steun & waardering’ van de brandweercommandanten voor de ‘grondige en zorgvuldige aanpak’.

In de wetenschap dat Brandweer Nederland tot op heden niet in staat is geweest om – in gezamenlijkheid – eenduidig cijfermateriaal te genereren over de meest basale onderwerpen zoals personeel en middelen, is dit een staaltje ‘framing’ van het zuiverste soort. Net zoals het ‘landelijk kader’ geen duidelijk kader is en iedere regio zijn eigen ‘ding’ doet, zal ook de respons op de bedenkelijke vragenlijst multi-interpretabel zijn. Kortom; Business Intelligence uit de grabbelton.

Het is maar dat u het weet.

Wordt vervolgd.