Brandweermensen gaan letterlijk door het vuur voor de veiligheid van de burgers. Maar hoe zit het eigenlijk met de veiligheid en gezondheid van onze brandweermensen? De gevaren waarin brandweermensen zich begeven bij de bestrijding van branden en ongevallen, waarbij een veelheid aan giftige stoffen vrijkomen, zijn divers én evident. De grote vraag is of onze mensen voldoende zijn beschermd tegen de invloeden van deze stoffen op hun gezondheid? En hoe gaan de 25 werkgevers om met het uitvoeren van het Arbobeleid bij de brandweer?

Na een gedegen onderzoek classificeerde het International Agency for Research on Cancer (IARC), een orgaan van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), op 1 juli 2022 de beroepsmatige blootstelling als brandweerman/vrouw als “kankerverwekkend voor de mens”(Groep 1). Deze nieuwe evaluatie geldt voor alle brandweerlieden (zowel beroeps als vrijwilligers, zowel mannen als vrouwen). Op verzoek van onze Britse collega’s van de Fire Brigade Union (FBU), heeft de University of Central Lancashire (UCLan) een onafhankelijk vervolgonderzoek uitgevoerd. De resultaten van dit onderzoek zijn nu gepubliceerd en ondersteunen de uitspraak van de WHO. Uit de bevindingen blijkt dat brandweerlieden aanzienlijk meer kans hebben om te overlijden aan kanker, hartaanval, beroerte en verschillende andere ziekten.

Ook in Nederland weten we al geruime tijd dat rook en roet zeer schadelijk zijn. Ook voor de gezondheid van brandweermensen. Het RIVM publiceerde in 2007 een onderzoeksrapport over de emissies van schadelijke stoffen bij branden. Ook na de zeer grote brand bij Chemiepack in Moerdijk in 2011 deed de Arbeidsinspectie uitgebreid onderzoek naar de oorzaak van gezondheidsklachten bij een groot aantal hulpverleners. De Arbeidsinspectie concludeerde dat er tijdens de brand onvoldoende aandacht is geweest voor veilige werkwijzen en procedures en eiste nadere maatregelen bij alle hulpverleningsdiensten.

In de beleidsreactie op het rapport van de Arbeidsinspectie geeft de Minister van VenJ aan de besturen van de veiligheidsregio’s te hebben aangesproken op hun verantwoordelijkheid. Het was vooral de bedoeling om alle medewerkers bij de brandweer goed voor te lichten over mogelijke risico’s en ook hun arbeidsomstandighedenbeleid te toetsen met behulp van de door de Arbeidsinspectie vermelde aandachtspunten. Daartoe behoort onder meer een goede risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) en plan van aanpak.

Ondanks de vermaning van de minister en eerdere overtredingen, constateerde de Arbeidsinspectie in juni 2015 dat de brandweer nog steeds onzorgvuldig omspringt met de eigen veiligheid; alle 19 geïnspecteerde veiligheidsregio’s bleken te weinig maatregelen te hebben getroffen om de arbeidsrisico’s te beperken. In de factsheet van de Arbeidsinspectie werd uitgebreid stilgestaan bij onder meer verontreinigde kleding, de inrichting van de kleedruimtes en beroepsziekten omdat bij de meeste veiligheidsregio’s een beoordeling van de mogelijke risico’s van de verontreiniging van de huid door het lange tijd dragen van brandweerkleding na langdurige aanwezigheid in zware rook- en roetomstandigheden en andere gevaarlijke of kankerverwekkende stoffen ontbrak.

Bij de brandweer in Amsterdam was er echter wel degelijk aandacht voor deze risico’s. Drie Amsterdamse brandweerlieden bezochten in Noorwegen een congres over beroepsziekten bij brandweerpersoneel. Uit talloze onderzoeken bleek dat de rook waar brandweerlieden in werken, ook via de huid naar binnen komt – en daarmee dus ook de kankerverwekkende stoffen. Dat was een eyeopener op het gebied van arbeidshygiëne, wat resulteerde ineen goed bezochte  informatiebijeenkomst over arbeidshygiëne bij het IFV en het opstellen van een landelijke handreiking om voor, tijdens en na brand schoner te werken om zo de blootstelling aan de gevaarlijke stoffen in rook en roet te reduceren. Sindsdien zijn onder het motto “Schoner werken” bij de brandweer in Nederland veel beschermende maatregelen genomen.

Ook het televisieprogramma ‘De Monitor’ besteedde in september 2015 uitgebreid aandacht aan de ontwikkelingen bij brandweer in het kader van hun onderzoek ‘ziek door mijn werk’. Het vormde de aanleiding voor een branchebrede wake-up call. Maar daar bleef het niet bij. De bevindingen van de Arbeidsinspectie zorgden ook in de Tweede Kamer voor gespreksstof. Bij het onderwerp ‘arbeidsveiligheid’, in een brief aan de Kamer, gaf de Minister aan de besturen van de veiligheidsregio’s (wederom) te hebben opgeroepen snel meer aandacht te besteden aan de inventarisatie en evaluatie van de belangrijkste risico’s en het arbobeleid beter in hun organisaties te borgen. Ook is het de Minister met de Arbeidsinspectie eens dat er landelijk meer uniformiteit moet komen in de aanpak van de Arbo risico’s en dat de brandweer leert van incidenten. Dat is ook de strekking van de antwoorden van de Minister, mede namens de Minister van SZW op Kamervragen over onveiligheid en beroepsziekten bij de brandweer. Een ingediende motie om goede zorg voor beroepsgerelateerde ziektes bij brandweer- en ambulancepersoneel (wettelijk) te regelen werd helaas verworpen.

In antwoord op de bevindingen van de Arbeidsinspectie en de oproep van de Minister, werd door Brandweer Nederland, in samenwerking met de vakbonden en de Vakvereniging Brandweer Vrijwilligers, ingezet op de ontwikkeling van een landelijke uniforme aanpak van de Arbo risico’s, gericht op het verbeteren van de veiligheid, gezondheid en welzijn van de operationele brandweermensen. Terwijl in november 2009 al werd geconcludeerd dat een arbocatalogus een belangrijke bijdrage kon leveren om de geschetste problemen bij de brandweer aan te pakken, stond de invoering van een Arbocatalogus Brandweer in 2015 nog steeds op de agenda en werden diverse projecten opgestart die gezamenlijk moesten leiden tot een nieuwe, modulair opgebouwde Arbocatalogus voor de brandweer.

Om bij de brandweer in Nederland het kennisniveau, de kennisopbouw en de kennisontsluiting rond het thema arbeidsveiligheid naar een hoger plan te tillen ging bij het Instituut Fysieke Veiligheid (IFV) in 2015 het Kenniscentrum Arbeidsveiligheid (KCAV) van start met een literatuuronderzoek naar rook als beroepsrisico bij de brandweer. In het Jaarplan 2016 van het IFV werd hierop voortgebouwd met de ambitie om de veiligheidsregio’s te faciliteren bij de voorbereiding op de meest veilige arbeidsomstandigheden tijdens repressie. Het is immers in ons aller belang dat onze mensen zo gezond en veilig mogelijk hun belangrijke werk kunnen blijven doen.

Daarom lag de focus van het KCAV in 2016 en 2017 op de vier thema’s: persoonlijke beschermingsmiddelen, arbeidshygiëne, beroepsziekten en fysieke en mentale weerbaarheid. Daartoe werd (aanvullend) onderzoek gedaan naar de effecten van blootstelling aan rook op de gezondheid van brandweerpersoneel, de vervuiling en reiniging van beschermende kleding en de validiteit van onderdelen van het periodiek preventief medisch onderzoek (PPMO). Nadat het KCAV in 2017 al flink aan de weg had getimmerd werd ook in 2018 onder meer stevig ingezet op onderzoek naar de blootstelling aan rook. De brandweer vindt het van belang om naast de gezondheid per individu ook de blootstelling aan gevaren die schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid gedurende de loopbaan vast te leggen. Daartoe werd tussen september 2017 en augustus 2018 het project ‘Gezondheidsmonitoring bij de brandweer’ uitgevoerd. Ook het KCAV kwam in 2018 met een soortgelijke doelstelling in een eigen  strategienota. Verder heeft Brandweer Nederland in samenwerking met het RIVM en het IFV een instrument ontwikkeld waarmee het mogelijk is te leren van (bijna)ongevallen. Zo kan de brandweer de veiligheid van medewerkers verder verbeteren en nieuwe ongevallen voorkomen.

Omdat de vakbonden en de VBV sinds december 2017 niet meer werden betrokken bij het dossier arbeidsveiligheid bij de brandweer, maar in juli 2018 wel de totstandkoming van een Arbocatalogus Brandweer werd gepresenteerd, hebben de gezamenlijke vakorganisaties bij brief van 3 februari 2020 de portefeuillehouder Arbeidsveiligheid van Brandweer Nederland verzocht om uitleg en een gesprek. Een reactie van Brandweer Nederland bleef helaas uit. De Arbeidsinspectie daarentegen reageerde wel met een brief. De inhoud van deze brief deed de wenkbrauwen van de betrokken vakbondsbestuurders fronsen. Die van ons eveneens. Vooral omdat na de laatste bijeenkomst van de adviescommissie arbeidsveiligheid in 2017, geen van de vakorganisaties meer betrokken is geweest bij het indienen van de Arbocatalogus Brandweer en andere deelcatalogi. Daarmee rees de vraag wie er namens de vakorganisaties had getekend voor akkoord? Uiteindelijk bleek dat hiervoor dezelfde handtekeningen waren gebruikt die op 16 december 2015 waren gezet onder een eerder exemplaar van de Arbocatalogus. Dat exemplaar voldeed echter niet aan de eisen van de Arbeidsinspectie.

Toen op 17 september 2021 ook het ‘Bijgestelde landelijk kader Uitruk op Maat’ ambtelijk werd vastgesteld door de Raad van Commandanten en Directeuren Veiligheidsregio (RCDV), wederom zonder daarbij de vakorganisaties en de VBV te betrekken, was dat voor hun de druppel die de emmer deed overlopen. Op 16 november 2021 werd een stevige brief verzonden aan de verantwoordelijke partijen met de prangende vraag; wie nu op landelijke schaal de collectieve belangen van het brandweerpersoneel behartigt? Bijvoorbeeld het arbeidsomstandighedenbeleid?

Daartoe hebben we begin 2022 ook navraag gedaan bij het Kenniscentrum Arbeidsveiligheid van het NIPV. Daaruit bleek dat het KCAV sinds 2022 niet meer bestaat. Wat er in de nieuwe organisatie van het NIPV met de strategische doelstellingen en de jaarlijkse Rijksbijdrage (in 2021 nog € 900.000) voor de activiteiten van het KCAV en de plannen van Brandweer Nederland op het gebied van arbeidsveiligheid is gebeurd en nog gaat gebeuren is tot nu toe in nevelen gehuld. Wij zijn het zicht op de resultaten en activiteiten rond belangrijke thema’s zoals bijvoorbeeld het registreren en leren van (bijna)ongevallen, arbeidshygiëne, fysieke en mentale weerbaarheid en beroepsziekten volledig kwijt. Behoudens een budget van € 555.000 voor het Kenniscentrum Arbeidsveiligheid (?), ontbreekt die duidelijkheid ook in het Jaarplan NIPV 2023. Daarom hebben de gezamenlijke vakorganisaties een zienswijze op het Jaarplan en de begroting 2023 van het NIPV verzonden aan het Algemeen Bestuur van het NIPV.

Duidelijke antwoorden op de door ons gestelde vragen of een reactie van het Algemeen Bestuur van het NIPV kwamen er tot nu toe niet.  Derhalve kunnen we alleen maar gissen naar welke thema’s en speerpunten uit de strategienota volledig zijn uitgewerkt. Ook weten we nog steeds niet wie namens de werknemers heeft ingestemd met de gepubliceerde (delen van de) Arbocatalogus, richtlijnen en handreikingen en de daaruit voortvloeiende afspraken en voorschriften. Ons aller belang is dat onze mensen zo gezond en veilig mogelijk hun belangrijke werk kunnen blijven doen. Omdat de behoefte aan duidelijkheid op het gebied van arbeidsomstandigheden zeer groot is, blijven we aandringen op antwoorden op onze vragen en zoeken naar oplossingen.

Wordt vervolgd.