architect

Zienswijze VBV op Besluit bouwwerken leefomgeving

Binnenkort zal de VBV haar ‘Visie op brandweerzorg’ presenteren. Hierop vooruitlopend hebben we 15 september jl. van de gelegenheid gebruik gemaakt om alvast een reactie te geven  op het ontwerpbesluit bouwwerken leefomgeving en de nota van toelichting. De kwaliteit van bouwwerken is immers sterk bepalend voor de veiligheid van burgers en brandweerpersoneel in het geval van brand.
Onze reactie:

Geachte dames en heren,

Het bouwbesluit laat nog steeds toe dat een zieken- of verpleeghuis mag worden gebouwd zonder sprinklerbeveiliging. Ook de portiekflat (een woongebouw met slechts een enkele vluchtroute) mag nog steeds worden gebouwd. Naar objectieve standaards is daarmee het brandveiligheidsniveau van gebouwen – zoals de regelgeving dit toestaat – onder de maat. Brandende gebouwen zijn de werkplek van het brandweerpersoneel en brengt de Vakvereniging Brandweer Vrijwilligers tot de volgende zienswijze.

Het Besluit bouwwerken leefomgeving (BBL) en de Brandweer

De minister heeft onder meer het BBL (het vernieuwde bouwbesluit) ter consultatie voorgelegd in het kader van een herziening van het regelstelsel voor de leefomgeving. Door het Expertisecentrum Regelgeving Bouw (ERB) is in brede zin al een goede reactie op het BBL gegeven. In de concept besluiten en de toelichting zitten een aantal aspecten die de rol van de brandweer impliciet verhelderen en een heroriëntatie van de brandweer op bepaalde taken nodig maken.

Een nieuwe rol voor het niveau “bestaande bouw”

De voorschriften voor bestaande bouwwerken zijn blijkens de historie van het bouwbesluit afgestemd op het oudste bekende niveau van de bouwvoorschriften, en dienden om rechtszekerheid voor de eigenaren van bestaande bouwwerken te waarborgen. De minister stelt echter in het concept besluit (en ook in andere publicaties) dat het niveau voor bestaande bouwwerken een afdoende mate van veiligheid biedt, daarnaast stelt het BBL dat het overgrote deel van de bouwwerken “bestaand” is, en dus aan de voorschriften voor bestaande bouwwerken moet voldoen.

De adviesrol van de brandweer

Uit de positie van de minister is op te maken dat verbetering van het bouwbesluit vanaf 1992 en een landelijk geldend bouwbesluit vanaf 2003, en enkele decennia van advisering en bouwplantoetsing door de brandweer kennelijk niet heeft geleid tot structureel betere gebouwen. Dit is in de praktijk herkenbaar omdat de adviseurs van de brandweer bij het voorstellen van zinnige oplossingen gehinderd worden door het bouwbesluit en straks het BBL. Daardoor vervalt de advisering door de brandweer in de meeste gevallen tot het “verplichte nummer” bouwplantoetsing, hetgeen meer het domein van de gemeente en omgevingsdienst is en geen taak voor de brandweer.

Betekenis van het BBL voor de brandweer

Het BBL helpt de brandweer niet verder bij haar opdracht, maar geeft wel helderheid over de status-quo. Voor de brandweer betekent dit dat het uitgangspunt voor hun taak (het voorkomen, beperken en bestrijden van brand en wat daarmee verband houdt) bestaat uit het kwaliteitsniveau dat voor bestaande bouwwerken geldt. Bouwwerken met een hoger brandveiligheidsniveau moeten als uitzondering worden gezien.

Voor de inrichting van de brandweerzorg betekent dit dat gerekend moet worden met grote brandcompartimenten, geringe sterkte bij brand, het ontbreken van rookmelders in woningen, en alleen in uitzonderlijke gevallen een automatische brandmeldinstallatie met doormelding. De kwetsbare positie van het toenemend aantal minder zelfredzamen in onze maatschappij nog buiten beschouwing latend. De brandweer komt dus aan bij branden die al een aanzienlijke omvang kunnen hebben omdat zij laat ontdekt worden. De brandwerendheid is zodanig laag dat de brandscheidingen al zijn bezweken voordat de brandweer ter plaatse komt. De kansen op redding en schadebeperking zijn hierdoor in basis beperkt. Alleen door snel en met grote slagkracht te reageren kan de brandweer nog enig succes realiseren.

Waar zijn wij nu helemaal mee bezig……..

De komst van het BBL in deze vorm markeert een mogelijk punt van bezinning voor de brandweer:
Als het voorgeschreven veiligheidsniveau van gebouwen zodanig laag is dat het de brandweer niet helpt bij een goede en effectieve brandbestrijding is de vraag relevant waarom de brandweer zich nog bezig houdt met bouwplantoetsing en controles in bouwwerken. Daarmee identificeert de brandweer zich immers met een kwaliteitsniveau dat als onvoldoende kan worden gezien.

De brandweer wordt door de gemeenten op pad gestuurd om regels te handhaven die geen directe relatie hebben met het beperken en bestrijden van brand en ongevallen, zoals noodverlichting, ontruimingsplannen en evenementen. Daarmee wordt zij aanspreekbaar op ongevallen als gevolg van het ontbreken van voorzieningen of controle hierop. Dit leidt af van haar hoofdtaak, en draagt niet bij tot het positieve beeld dat de burger heeft van de brandweer.

De brandweer kan de effectiviteit van haar optreden verbeteren en risico’s voor het personeel beperken door plaatselijk bekend te zijn, en zich in materiele zin goed voor te bereiden. De energie en fondsen die nu in toetsing en handhaving gaan kunnen mogelijk beter besteed wordt aan basale operationele voorbereiding en lokale kennis.

Door op dit moment veelal “vast” onderdeel te zijn van het vergunning traject neemt de brandweer een resultaatverplichting op zich in de zin van het nakomen van termijnen, daarmee wordt de organisatie belast. De brandweer mag van de gemeente vragen dat zij waarborgt dat het bodemniveau in stand gehouden wordt, en dat de brandweer actief geïnformeerd wordt over door de gemeente vergunde gelijkwaardigheden. Verder zou de brandweer zelf de benodigde informatie voor een veilige en succesvolle inzet moeten halen.

Positie van de brandweer

Een heroriëntatie op de taak en rol van de brandweer zou de volgende kunnen zijn:

De brandweer neemt het BBL voor kennisgeving aan, als basisniveau voor gebouwen.

De brandweer beperkt de activiteiten die nu onder “risicobeheersing” worden samengevat tot taken die de wetgever nadrukkelijk heeft voorgeschreven, en doet dit risicogericht. Toetsing en controle zijn voorbehouden aan de vergunningverleners die een eigen zorgplicht hebben.

De brandweer mag van de gemeente verwachten dat zij zorgt voor gebouwen die voldoen aan de basiseisen van veiligheid en constructieve sterkte.

De brandweer overtuigt zich er zelf van dat dit niveau (waar relevant) daadwerkelijk gerealiseerd is en neemt maatregelen om voldoende veilig en effectief te kunnen optreden.

De brandweer onthoudt zich van werkzaamheden met een toezichthoudend of handhavend karakter.

De brandweer licht het publiek en ondernemers actief voor over de mogelijkheden tot het voorkomen en beperken van brand en brandgevaar.

Mocht U op basis van onze reactie nadere informatie wensen, neemt u dan gerust contact op via: info@brandweervrijwilligers.nl

Vakvereniging Brandweer Vrijwilligers