Het trok meteen onze aandacht, de kop in de krant: “Als het echt misgaat, wordt Bram ingevlogen”. Ook de foto van een imposant uitgedoste Bram* (de brandweerman) compleet met bivakmuts zorgde dat we het bijbehorende artikel meteen gingen lezen. Bram is lid van het QRT (Quick Response Team) van de VRU. In Utrecht is er een combinatie gemaakt van het HRT (Hoogte Redding Team) en het QRT. Op plekken waar zich bijvoorbeeld een ernstige calamiteit of aanslag heeft voorgedaan komt het QRT ter plaatse. Zij kunnen gewonden verzorgen, maar ook evacueren. De oorsprong van dit werk ligt in Zaventem waar de brandweer, na de verschrikkelijke bomaanslag op 22 Maart 2016, geconfronteerd werd met veel slachtoffers en niet de uitrusting had om adequate hulp te bieden. Het oprichten van een specialistisch team was dan ook het gevolg, na een evaluatie van deze tragedie.
Uiteraard volgde men deze trend in Nederland en werden er ook hier diverse teams opgericht. Waaronder in Haaglanden, Rotterdam, Amsterdam en Utrecht. Op de foto bij het artikel was meteen veel kritiek. Een brandweerman met een bivakmuts…is dat wenselijk? Een teamleider die onder de radar wil blijven en het liefst daaronder wil opereren?! Dat heeft toch wel een aardige ‘special forces’ zweem. De vraag is of we dat als brandweer wel willen met zijn allen?!
Het opereren in situaties waar in sprake is van een hoog geweldsspectrum is voorbehouden aan bijvoorbeeld de DSI (Dienst Speciale Interventies). De DSI is een mix van getrainde politieagenten en militairen, afkomstig uit bijzondere defensie-eenheden. Zij zijn gewend te opereren in levensgevaarlijke situaties.
Het was misschien niet Bram zijn bedoeling, maar het artikel heeft een iets te hoog macho gehalte. Daarnaast zet het een beeld neer van een soort brandweer DSI.
Na een bericht op X (Twitter) kwamen er vanuit DSI kringen dan ook de nodige reacties, waarbij men het werk van de QRT waardeerde, maar het artikel en de foto’s wel een beetje over de top vond. Ook uit de eigen gelederen kwam de nodige kritiek. Zoals de bewering in het krantenartikel dat Bram en zijn team naar binnen gaan, zelfs wanneer nog niet alles veilig is. Dit werd meteen ontkracht, want men neemt geen enkel risico. Het is niet de eerste keer dat een pand volgepropt zit met explosieven.
De vraag is ook: moeten we dat als brandweer willen? Opereren in gevaarlijke situaties waar bijvoorbeeld nog geschoten kan worden? In zulke gevallen neemt de DSI de leiding en bepaalt wat er opvolgend gaat gebeuren. QRT is in die lijn dienend en volgend. Recent heeft de Inspectie van Justitie en Veiligheid zich nog kritisch uitgesproken over de manier waarop veiligheidsregio’s zijn voorbereid op het beperken van de gevolgen van een aanslag en/of andere vormen van grof of extreem geweld. Hoewel men constateerde dat opvolging niet veel verschilde per regio, waren er wel bedenkingen bij de uniformiteit. Daardoor kunnen verschillen ontstaan in de wijze waarop de burger in nood hulp krijgt. Dat moeten we niet willen.
Het is dus ook zaak om binnen de QRT’s te komen tot een eenheid ten aanzien van het handelen. Daarnaast is het ook belangrijk om te bedenken hoe we ons in die keten willen profileren. In dat kader lijkt een bivakmuts iets te veel van het goede. Graag benadrukken we het respect wat er is voor het invullen van deze taak. Maar laten we er geen ‘rambo circus’ van maken.
* Bram is vanwege veiligheidsredenen een gefingeerde naam.